Praktijkroute banenafspraak

Praktijkroute banenafspraak

17 oktober 2016 - Op verzoek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid deed Panteia onderzoek naar de Praktijkroute voor de banenafspraak, in voorbereiding op een eventuele wetswijziging.

Panteia:  Uit het onderzoek is gebleken dat er meer overeenkomsten dan verschillen zijn tussen mensen die tot het doelgroepregister zijn toegelaten door UWV en mensen die zijn afgewezen voor het doelgroepregister, maar die wel aan het werk zijn met een loonwaarde lager dan het wettelijk minimumloon. De effecten van de praktijkroute zijn naar verwachting overwegend positief voor betrokken partijen, vanwege meer duidelijkheid, de beschikbaarheid van de no-riskpolis en een toename van het aantal potentiële kandidaten.
Sociale partners en overheden zijn in het Sociaal Akkoord overeengekomen dat er tot 2026 125.000 extra banen gerealiseerd worden voor mensen met een arbeidsbeperking. Mensen die een doelgroepverklaring van UWV krijgen komen in aanmerking voor deze extra banen. In de huidige situatie signaleren gemeenten dat zij cliënten hebben die geen indicatie voor de banenafspraak krijgen, maar na een op de werkplek uitgevoerde loonwaardemeting niet in staat blijken om het wettelijk minimumloon te verdienen. De wens is om ook via de loonwaardemeting, die wordt uitgevoerd door gemeenten, cliënten die een loonwaarde lager dan het wettelijk minimumloon hebben toegang te verschaffen tot het doelgroepregister. Dit wordt de praktijkroute genoemd. Als de praktijkroute wordt ingevoerd, is toegang tot het doelgroepregister mogelijk via een beoordeling door UWV en via een loonwaardemeting op de werkplek.

De vraag van het ministerie aan Panteia was om te onderzoeken wat de overeenkomsten en verschillen zijn tussen de mensen die de indicatie banenafspraak van UWV krijgen en de mensen die daarvoor worden afgewezen, maar wel op hun werkplek een loonwaarde lager dan het wettelijk minimumloon hebben. Verder wil het ministerie weten wat de gevolgen zijn voor de betrokken partijen (werkgevers, cliënten en uitvoeringsorganisaties) en voor de omvang van het doelgroepregister wanneer mensen die vallen onder de Participatiewet worden toegelaten tot de doelgroep van de banenafspraak via de praktijkroute.

Belangrijkste onderzoeksresultaten

Het onderzoek heeft tot verschillende inzichten geleid. Hieronder volgt een puntsgewijs overzicht van de belangrijkste resultaten:

• Er zijn meer overeenkomsten dan verschillen tussen de mensen die de indicatie banenafspraak krijgen en de mensen die deze indicatie niet krijgen, maar wel werken met een verminderde loonwaarde. Beide groepen hebben te maken met psychosociale problematiek, die het functioneren beïnvloedt. Zonder medisch vastgestelde oorzaak is de kans op een indicatie van UWV echter klein. Tevens is de loonwaarde van beide groepen vergelijkbaar, namelijk gemiddeld 55%. De mensen die een negatieve beoordeling van UWV kregen, hebben vaker te maken met een fysieke beperking dan mensen die wel zijn toegelaten tot het doelgroepregister.
• De verwachte extra instroom door de praktijkroute is geraamd op 10.000 personen per jaar, wat een toename van de omvang van het doelgroepregister van ongeveer 3,5% betekent. 
• Het aantal potentiële kandidaten dat via de praktijkroute in zou kunnen stromen neemt sterk toe. Hierdoor wordt het aanbod van direct bemiddelbare cliënten groter en hebben werkgevers meer te kiezen.
• De praktijkroute zorgt voor meer duidelijkheid over de procesgang en de instrumenten waar de werkgever aanspraak op kan maken. Ook de no-riskpolis en mobiliteitsbonus zijn dan beschikbaar voor cliënten met een loonwaarde die lager is dan het wettelijk minimumloon. Aan duidelijkheid is behoefte om werkgevers te overtuigen mensen met een beperking aan te nemen.
• Het is niet waarschijnlijk dat er structurele verdringing plaats zal vinden van mensen die al in het doelgroepregister zijn opgenomen door de nieuwe instroom via de praktijkroute. Dit komt doordat de loonwaarde van beide groepen gemiddeld vergelijkbaar is en zij met vergelijkbare problematiek te maken hebben. In de huidige situatie hebben cliënten die makkelijker te bemiddelen zijn, meestal de cliënten met een relatief hoge loonwaarde, meer kans om werk te vinden. De praktijkroute zal daar geen verandering in brengen. 

Realisatie van de banenafspraak
Op basis van deze analyse verwacht Panteia dat met de invoering van de praktijkroute de banenafspraak sneller gerealiseerd zal worden. Dit is toe te schrijven aan de combinatie van een eenvoudiger en snellere procedure, duidelijkheid over de inzet van instrumenten en meer inzicht in de manier van beoordelen, die waarschijnlijk een positieve invloed heeft op de bereidheid van werkgevers om mensen met een beperking aan te nemen.

Bekijk de Eindrapportage Praktijkroute banenafspraak en de Kamerbrief.

BRON: website Panteia: http://www.panteia.nl/Nieuwsoverzicht-Panteia/Praktijkroute%20banenafspraak#.WATLKGe7rIU

Terug naar overzicht
Enspiratie